Strafrecht
De resultaten van januari 2025
ChatGPT 4o
ChatGPT 4o mini
Claude
Gemini
DeepSeek
Casus
Geldt in het Nederlandse strafrecht de door de Hoge Raad ontwikkelde regel over het ontnemen van voordeel na een veroordeling wegens witwassen, als er een abstracte berekeningsmethode is gehanteerd? Wat is de grondslag voor die regel? Het antwoord is bedoeld voor juristen.
Het antwoord van ChatGPT 4o
In het Nederlandse strafrecht geldt dat de Hoge Raad regels heeft ontwikkeld over de mogelijkheid om voordeel te ontnemen na een veroordeling wegens witwassen, ook als een abstracte berekeningsmethode wordt gehanteerd. De grondslag voor deze regel is te vinden in de Pluk-ze-wetgeving en de daarop gebaseerde rechtspraak van de Hoge Raad. Hier volgt een nadere juridische analyse.
Wettelijke grondslag voor ontneming
De wettelijke basis voor de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ligt in artikel 36e Sr, dat bepaalt dat de rechter een verplichting tot betaling aan de staat kan opleggen ter ontneming van voordeel dat de veroordeelde uit een strafbaar feit heeft verkregen. Het gaat hierbij om:
- Lid 1: Voordeel uit het bewezenverklaarde feit.
- Lid 2: Voordeel uit andere strafbare feiten waarvan aannemelijk is dat de betrokkene deze heeft gepleegd.
- Lid 3: Voordeel dat uit “criminele activiteiten” in het algemeen is verkregen.
Bij witwassen richt de ontneming zich vaak op voordeel dat is verworven door het verhullen van de illegale herkomst van geld of goederen.
Abstracte berekeningsmethoden in witwaszaken
In witwaszaken wordt regelmatig een abstracte methode gebruikt om het wederrechtelijk verkregen voordeel te berekenen. Dit is toegestaan indien:
- Er onvoldoende concrete gegevens beschikbaar zijn om het voordeel exact te berekenen.
- De schatting voldoende aannemelijk is en gebaseerd op feiten en omstandigheden die uit het dossier blijken.
De Hoge Raad heeft bepaald dat een dergelijke berekeningsmethode gerechtvaardigd is, mits deze aansluit bij de uitgangspunten van artikel 511f Sv en artikel 36e Sr:
- HR 1 december 1998 (ECLI:NL:HR:1998:ZD1334): De rechter mag het voordeel schatten op basis van aannemelijke uitgangspunten en hoeft niet tot op de euro nauwkeurig te zijn.
- HR 26 mei 2020 (ECLI:NL:HR:2020:914): Bij witwassen mag de ontnemingsrechter aannemen dat het gehele bedrag waarvan de illegale herkomst is vastgesteld, wederrechtelijk verkregen voordeel oplevert.
Regel van de Hoge Raad: relatie tussen veroordeling en voordeel
De Hoge Raad heeft verduidelijkt dat de ontneming van voordeel na een witwasveroordeling kan plaatsvinden, mits het voordeel in voldoende mate kan worden gerelateerd aan:
- Het witwassen zelf; of
- De onderliggende (illegale) activiteiten die het voordeel hebben gegenereerd.
Een belangrijke regel is dat voordeel dat is witgewassen, wordt geacht wederrechtelijk verkregen te zijn, ook als niet exact kan worden vastgesteld welk strafbaar feit aan de basis lag. Deze benadering voorkomt dat criminele winsten aan ontneming ontsnappen door een gebrek aan specifieke bewijsvoering over de herkomst.
Grondslag van deze regel:
- HR 28 september 2010 (ECLI:NL:HR:2010:BM6922, Al Kawthar): Witwassen van geldbedragen waarvan de illegale herkomst aannemelijk is gemaakt, rechtvaardigt de conclusie dat deze bedragen als wederrechtelijk verkregen voordeel kunnen worden aangemerkt.
- HR 26 mei 2020 (ECLI:NL:HR:2020:914): Zelfs als niet precies kan worden vastgesteld welk strafbaar feit de herkomst vormt, kan het witwassen zelf voldoende grondslag bieden voor de ontneming.
Bewijslast en aannemelijkheid
De bewijslast in ontnemingszaken is minder zwaar dan in strafzaken. Voor de berekening van het voordeel gelden de volgende uitgangspunten:
- Aannemelijkheidseis:
De rechter hoeft niet uit te gaan van absolute zekerheid maar van een redelijke en aannemelijke schatting.
- Gedetailleerde onderbouwing niet altijd vereist:
Bij een abstracte berekeningsmethode volstaat een schatting gebaseerd op bijvoorbeeld ongebruikelijke transacties, omvang van bankstortingen of verklaringen van de betrokkene.
- Verantwoordingsplicht van de veroordeelde:
Als een verdachte geen plausibele verklaring geeft voor de legale herkomst van het witgewassen geld, mag de rechter aannemen dat het gehele bedrag wederrechtelijk verkregen is.
Conclusie
De Hoge Raad heeft bevestigd dat het in het Nederlandse strafrecht mogelijk is om voordeel te ontnemen na een veroordeling wegens witwassen, zelfs als een abstracte berekeningsmethode wordt gehanteerd. De grondslag hiervoor ligt in artikel 36e Sr en wordt verder uitgewerkt in jurisprudentie, waaronder de uitspraken in de zaken Al Kawthar en HR 26 mei 2020. De rechter mag het wederrechtelijk verkregen voordeel schatten op basis van aannemelijke gegevens, mits deze in redelijke mate verband houden met het witwassen en/of de onderliggende strafbare feiten.
Het antwoord van ChatGPT 4o mini
In het Nederlandse strafrecht geldt de door de Hoge Raad ontwikkelde regel over het ontnemen van voordeel in geval van witwassen, ook wanneer er een abstracte berekeningsmethode is gehanteerd. Dit is vastgelegd in het kader van artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht (Sr), waar de regeling voor de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel staat beschreven. De vraag is of deze regel ook van toepassing is bij het gebruik van een abstracte berekeningsmethode.
Abstracte Berekeningsmethode en Ontneming van Voordeel
Bij de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel kan de rechter gebruik maken van verschillende methoden om het voordeel vast te stellen. In sommige gevallen kan een abstracte berekeningsmethode worden gehanteerd, bijvoorbeeld wanneer het moeilijk is om het exacte voordeel van een bepaalde strafbare handeling te berekenen. Dit betekent dat er wordt gekeken naar een schatting van het voordeel gebaseerd op bepaalde veronderstellingen, zonder dat een exacte berekening van het daadwerkelijk verkregen voordeel noodzakelijk is.
De Hoge Raad heeft in zijn jurisprudentie vastgesteld dat bij het gebruik van een abstracte berekeningsmethode de rechter wel degelijk het recht heeft om voordeel te ontnemen op basis van de geschatte waarde van het voordeel. De abstracte berekeningsmethode wordt met name gebruikt bij witwassen, waarbij het voordeel niet altijd gemakkelijk te kwantificeren is.
Grondslag voor de Regel
De grondslag voor het ontnemen van voordeel na veroordeling wegens witwassen, ook bij abstracte berekeningsmethoden, ligt in de wetgeving en de jurisprudentie van de Hoge Raad:
- Artikel 36e Sr: Dit artikel regelt de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De wet schrijft voor dat de rechter het voordeel dat door een misdrijf is verkregen moet vaststellen en dat dit voordeel in principe wordt ontnomen, tenzij dit onterecht zou zijn.
- Artikel 36e, lid 2 Sr stelt dat de rechter bij de ontnemingsmaatregel een schatting kan maken van het voordeel als het niet mogelijk is om het voordeel exact te berekenen. Dit geeft de rechter de ruimte om een abstracte berekeningsmethode te hanteren in situaties waar het verkrijgen van concreet bewijs van het voordeel moeilijk is.
- Hoge Raad, arrest van 15 januari 2008 (ECLI:NL:HR:2008:BC2144): De Hoge Raad heeft in dit arrest bevestigd dat de rechter de vrijheid heeft om een abstracte berekening van het voordeel toe te passen, mits de rechter het ontnomen voordeel voldoende gemotiveerd vaststelt. Dit houdt in dat, ook wanneer er een abstracte methode wordt gebruikt, de rechter deugdelijk motiveert waarom deze methode wordt gekozen en waarom het geschatte voordeel redelijk is.
Toepassing van de Regel in de Praktijk
In de praktijk wordt de abstracte berekeningsmethode vaak toegepast wanneer het onmogelijk is om exact te berekenen hoeveel voordeel er daadwerkelijk is behaald uit het witwassen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer de vermogensbestanddelen moeilijk traceerbaar zijn, bijvoorbeeld bij een complexe constructie van witwasactiviteiten.
- Bijvoorbeeld, als iemand een bepaald bedrag heeft witgewassen via meerdere tussenpersonen of complexe geldstromen, kan het moeilijk zijn om exact te berekenen hoeveel voordeel de dader uit het misdrijf heeft verkregen. In dit geval kan de rechter een abstracte berekening maken door te kijken naar het totale bedrag dat is gewassen of het geschatte voordeel dat het witwassen heeft opgeleverd.
Conclusie
Ja, de door de Hoge Raad ontwikkelde regel over het ontnemen van voordeel geldt ook wanneer er een abstracte berekeningsmethode wordt gehanteerd. De grondslag voor deze regel is te vinden in artikel 36e Sr, dat de rechter de bevoegdheid geeft om het voordeel te schatten wanneer het moeilijk is om het voordeel exact vast te stellen. De jurisprudentie van de Hoge Raad, zoals het arrest van 15 januari 2008, bevestigt dat de rechter gebruik mag maken van abstracte berekeningsmethoden, mits dit goed wordt gemotiveerd en redelijk is in de context van de zaak.
Het antwoord van Claude
Ja, in het Nederlandse strafrecht geldt inderdaad een specifieke regel ontwikkeld door de Hoge Raad voor deze situatie. De kernoverweging is dat bij een veroordeling wegens witwassen waarbij het wederrechtelijk verkregen voordeel op abstracte wijze is berekend, geen voordeelsontneming kan plaatsvinden ter zake van het gronddelict waaruit dat witgewassen vermogen afkomstig is.
De grondslag voor deze regel is het ne bis in idem-beginsel in materieelrechtelijke zin. De Hoge Raad heeft dit uitgewerkt in verschillende arresten, met name HR 17 september 2019, ECLI:NL:HR:2019:1409 en HR 7 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1230.
De redenering is als volgt:
- Bij de abstracte berekeningsmethode wordt al het aangetroffen vermogen als wederrechtelijk verkregen aangemerkt
- Dit vermogen wordt geacht afkomstig te zijn uit enig misdrijf (het gronddelict)
- Als dan ook nog voordeelsontneming voor het gronddelict zou plaatsvinden, zou hetzelfde voordeel twee keer worden ontnomen
Dit zou leiden tot een dubbele bestraffing voor hetzelfde feitencomplex, wat in strijd is met het ne bis in idem-beginsel. De Hoge Raad heeft daarom geoordeeld dat in dergelijke gevallen geen voordeelsontneming kan plaatsvinden voor het gronddelict.
Dit geldt overigens alleen bij de abstracte berekeningsmethode. Bij een concrete berekeningsmethode, waarbij specifiek wordt vastgesteld uit welk misdrijf het witgewassen vermogen afkomstig is, kan wel voordeelsontneming plaatsvinden voor zover het andere vermogensbestanddelen betreft dan die in de witwaszaak centraal stonden.
Het antwoord van Deepseek
Inleiding
De ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel is een belangrijk instrument in de strijd tegen criminaliteit. De Hoge Raad heeft in de afgelopen jaren verschillende uitspraken gedaan over de voorwaarden waaronder ontneming mogelijk is, met name in zaken waarbij witwassen aan de orde is. Een veelbesproken vraag is of de ontneming ook mogelijk is als de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel op basis van een abstracte berekeningsmethode is bepaald.
De regel van de Hoge Raad
De Hoge Raad heeft in zijn jurisprudentie bepaald dat ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel mogelijk is, ook als de exacte omvang van dat voordeel niet met zekerheid kan worden vastgesteld. Het is voldoende als er een aannemelijke schatting kan worden gemaakt op basis van de beschikbare informatie.
Abstracte berekeningsmethoden
Bij een abstracte berekeningsmethode wordt niet geprobeerd om het exacte bedrag van het wederrechtelijk verkregen voordeel vast te stellen, maar wordt uitgegaan van een gemiddelde of geschatte waarde op basis van bepaalde kenmerken van het delict. Voorbeelden hiervan zijn:
- Een percentage van de omzet: Bijvoorbeeld bij handel in drugs wordt een bepaald percentage van de omzet aangemerkt als wederrechtelijk verkregen voordeel.
- Een standaardtarief: Bijvoorbeeld bij uitbuiting van prostitutie wordt een standaardtarief per klant gehanteerd.
Grondslag voor de regel
De Hoge Raad baseert deze regel op de volgende overwegingen:
- Doel van ontneming: Het doel van ontneming is het ontnemen van het voordeel dat de verdachte uit zijn strafbare feiten heeft gehaald. Het is niet nodig om het exacte bedrag tot op de cent nauwkeurig vast te stellen.
- Bewijsproblematiek: In veel gevallen is het moeilijk om het exacte wederrechtelijk verkregen voordeel met zekerheid vast te stellen, bijvoorbeeld omdat de verdachte zijn inkomsten niet heeft aangegeven of omdat er sprake is van zwart geld.
- Preventieve werking: Door de mogelijkheid van ontneming op basis van een abstracte berekeningsmethode wordt voorkomen dat verdachten hun voordeel uit strafbare feiten kunnen behouden.
Voorwaarden voor toepassing
De Hoge Raad stelt wel een aantal voorwaarden aan de toepassing van abstracte berekeningsmethoden:
- Aannemelijkheid: De schatting moet aannemelijk zijn en gebaseerd zijn op objectieve gegevens.
- Conservatief: De schatting moet conservatief zijn, dat wil zeggen dat het wederrechtelijk verkregen voordeel niet mag worden overschat.
- Individuele omstandigheden: De rechter moet rekening houden met de individuele omstandigheden van de zaak.
Conclusie
De Hoge Raad heeft in zijn jurisprudentie een ruime uitleg gegeven aan de mogelijkheden tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. Ook als de exacte omvang van dat voordeel niet met zekerheid kan worden vastgesteld, is ontneming mogelijk op basis van een abstracte berekeningsmethode. Deze regel is gerechtvaardigd door het doel van ontneming, de bewijsproblematiek en de preventieve werking.
Let op: Deze uitleg is een algemene toelichting en geen juridisch advies. De toepassing van deze regels kan in concrete gevallen complex zijn en afhankelijk zijn van de specifieke omstandigheden. Voor een juridisch advies is het raadzaam om een advocaat te raadplegen.
Wilt u meer weten over:
- De specifieke uitspraken van de Hoge Raad over dit onderwerp?
- De gevolgen van een ontnemingsmaatregel voor de verdachte?
- De mogelijkheden om tegen een ontnemingsmaatregel in beroep te gaan?
Laat het me weten!
Het antwoord van Gemini
In het Nederlandse strafrecht geldt inderdaad de door de Hoge Raad ontwikkelde regel dat het ontnemen van voordeel na een veroordeling wegens witwassen mogelijk is, ook als er een abstracte berekeningsmethode is gehanteerd. Deze regel is gebaseerd op een brede interpretatie van de wettelijke grondslag voor ontneming en wordt ondersteund door jurisprudentie en rechtsbeginselen. Hieronder wordt de regel en de grondslag ervan nader toegelicht.
De regel van de Hoge Raad
- HR 6 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:168: In deze uitspraak heeft de Hoge Raad bevestigd dat het ontnemen van voordeel bij een veroordeling wegens witwassen mogelijk is, zelfs als het voordeel niet concreet is vastgesteld maar via een abstracte berekeningsmethode is geschat. Dit betekent dat de rechter mag uitgaan van een redelijke schatting van het voordeel dat de verdachte uit het witwassen heeft verkregen, zonder dat dit voordeel exact hoeft te worden bewezen.
- Abstracte berekeningsmethode: Bij witwassen is het vaak moeilijk om het precieze voordeel vast te stellen, omdat het gaat om het verhullen van de herkomst van geld of goederen. De Hoge Raad heeft daarom aanvaard dat een abstracte berekeningsmethode (bijvoorbeeld een percentage van het omgezette bedrag) kan worden gebruikt om het voordeel te schatten.
Grondslag voor de regel
- Artikel 36e Wetboek van Strafrecht (Sr): De wettelijke grondslag voor ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel is te vinden in artikel 36e Sr. Dit artikel bepaalt dat de rechter het voordeel dat de verdachte uit het strafbare feit heeft verkregen, kan ontnemen. Het gaat hierbij om het voordeel dat “rechtstreeks of zijdelings” uit het strafbare feit is verkregen.
- Brede interpretatie van “voordeel”: De Hoge Raad heeft in zijn jurisprudentie een brede interpretatie gegeven aan het begrip “voordeel”. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar het concrete voordeel, maar ook naar het vermogen dat door het strafbare feit is verkregen of vergroot. Dit sluit aan bij het doel van ontneming, namelijk het voorkomen dat criminelen profiteren van hun misdrijven.
Rechtsbeginselen achter de regel
- Effectiviteit van ontneming: De Hoge Raad benadrukt dat ontneming van voordeel een belangrijk instrument is in de bestrijding van georganiseerde criminaliteit en witwassen. Het gebruik van een abstracte berekeningsmethode draagt bij aan de effectiviteit van dit instrument, omdat het anders vaak onmogelijk zou zijn om het voordeel vast te stellen.
- Proportionaliteit en redelijkheid: Hoewel een abstracte berekeningsmethode wordt toegestaan, moet de schatting wel redelijk en proportioneel zijn. De rechter moet voldoende onderbouwing geven voor de gekozen methode en de hoogte van het geschatte voordeel.
- Vermoeden van voordeel: Bij witwassen wordt vaak uitgegaan van een vermoeden dat de verdachte voordeel heeft verkregen uit het strafbare feit. Dit vermoeden kan worden weerlegd door de verdachte, maar als dit niet gebeurt, kan de rechter het voordeel ontnemen op basis van de abstracte berekeningsmethode.
Praktische toepassing
- Voorbeeld: Als een verdachte wordt veroordeeld voor het witwassen van €1.000.000, kan de rechter bijvoorbeeld uitgaan van een percentage (bijvoorbeeld 10%) als schatting van het voordeel dat de verdachte uit het witwassen heeft verkregen. In dit geval zou €100.000 kunnen worden ontnomen.
- Beoordeling door de rechter: De rechter moet bij de toepassing van een abstracte berekeningsmethode altijd motiveren waarom de gekozen methode redelijk en proportioneel is. Hierbij kan worden gekeken naar de omstandigheden van het geval, de rol van de verdachte, en de aard van het witwassen.
Conclusie
- De regel van de Hoge Raad dat ontneming van voordeel mogelijk is bij een veroordeling wegens witwassen, ook als er een abstracte berekeningsmethode is gehanteerd, is gebaseerd op een brede interpretatie van artikel 36e Sr en wordt ondersteund door het doel van ontneming en het beginsel van effectiviteit.
- De grondslag voor deze regel ligt in de wens om te voorkomen dat criminelen profiteren van hun misdrijven, ook als het precieze voordeel niet concreet kan worden vastgesteld. Wel moet de rechter ervoor zorgen dat de schatting redelijk en proportioneel is.
Voor verdere verdieping is het raadzaam om de relevante jurisprudentie (zoals HR 6 februari 2018) en de literatuur over ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel te raadplegen.
Korting op abonnementen Legal Bytes
De Praktizijn werkt samen met het nieuwe online platform Legal Bytes (www.legalbytes.nl). Leden van de Praktizijns-Sociëteit krijgen korting op vrijwel het gehele aanbod. Een abonnement op Legal Bytes geeft direct toegang tot meer dan 300 juridische on-demand video’s (gelijk aan minimaal 30 PO-punten). Leden van Lees meer
Advertentie