Arbeidsrecht/Sociale zekerheidsrecht
De resultaten van oktober 2024
Waardering ChatGPT 4o – ****
Waardering ChatGPT 4o mini – ***
Waardering Claude – nog niet beoordeeld
Waardering Gemini – nog niet beoordeeld
Casus
Nieuwe casusvraag:
Zien de inspannings- en aanzegverplichting uit het arrest Max-Planck conform het Nederlandse arbeidsrecht ook op vakantie die is opgebouwd tijdens het jaar waarin langdurig ziekteverlof is ontstaan? Waar is het antwoord op gebaseerd? Het antwoord is bedoeld voor juristen
Oude casusvraag:
Zien de inspannings- en aanzegverplichting uit het arrest Max-Planck ook op vakantie die is opgebouwd tijdens het jaar waarin langdurig ziekteverlof is ontstaan?
Ons antwoord:
In ArbeidsRecht 2023, 8/9 wordt in een artikel van J.R. Vos het volgende gezegd: ‘Op 22 september 2022 wees het Hof van Justitie het arrest Fraport. Het oordeelde dat de inspannings- en aanzegverplichting uit het arrest Max-Planck ook zien op vakantie die is opgebouwd tijdens het jaar waarin langdurig ziekteverlof is ontstaan.’
Het antwoord van ChatGPT 4o
Ja, de inspannings- en aanzegverplichting zoals verwoord in het Max-Planck-arrest van het Europese Hof van Justitie (HvJ EU, 6 november 2018, zaak C-684/16) geldt ook in Nederland voor vakantiedagen die zijn opgebouwd tijdens het jaar waarin langdurig ziekteverlof is ontstaan. Deze verplichtingen zien dus ook op vakantie die is opgebouwd terwijl de werknemer ziek was.
Uitleg en juridische basis
Max-Planck-arrest
Het Hof van Justitie benadrukt in dit arrest dat een werkgever verplicht is om de werknemer actief te informeren over zijn recht op vakantie en de mogelijkheid om deze op te nemen. Deze verplichting geldt ook in situaties waarin de werknemer langdurig ziek is. Als de werkgever niet aan deze verplichtingen voldoet, vervallen de vakantiedagen niet automatisch, ook niet na de wettelijke vervaltermijn.
Nederlandse implementatie van de Europese regels
Op basis van artikel 7 van de Richtlijn 2003/88/EG (Arbeidstijdenrichtlijn) hebben werknemers recht op ten minste vier weken betaalde vakantie per jaar, en dit recht geldt ook voor zieke werknemers. De Nederlandse wetgeving is hiermee in lijn: artikel 7:635 BW bepaalt dat werknemers ook tijdens ziekte vakantiedagen opbouwen. In het KHS-arrest (HvJ EU, 22 november 2011, zaak C-214/10) werd eerder bevestigd dat de opbouw van vakantiedagen tijdens ziekte slechts beperkt mag worden door de lidstaten wanneer een lang ziekbed aan de orde is. De Nederlandse wetgever heeft echter geen dergelijke beperking ingevoerd, waardoor het volledige recht op vakantiedagen behouden blijft tijdens ziekte.
Aanzegverplichting in Nederland
Op grond van de Nederlandse jurisprudentie wordt ook erkend dat een werkgever de plicht heeft om de werknemer op tijd te informeren over het verval van vakantiedagen, conform artikel 7:640a BW. Dit artikel bepaalt dat wettelijke vakantiedagen zes maanden na het einde van het kalenderjaar waarin ze zijn opgebouwd, komen te vervallen, tenzij de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest om deze op te nemen. In lijn met het Max-Planck-arrest geldt dat als een werkgever niet aan zijn informatieplicht voldoet, de vakantiedagen niet vervallen.
Langdurige ziekte en vakantie
In Nederland bouwt een werknemer tijdens ziekte wettelijke vakantiedagen op. Zieke werknemers moeten door de werkgever ook in staat worden gesteld om vakantie op te nemen, en de werkgever moet de werknemer hierover informeren. Dit sluit aan op de Europese rechtspraak zoals Max-Planck, die voorschrijft dat de werkgever zijn inspanningsverplichting niet mag verwaarlozen, ook niet wanneer de werknemer ziek is.
Conclusie
De inspannings- en aanzegverplichting uit het Max-Planck-arrest is van toepassing in situaties waarin een werknemer vakantiedagen opbouwt tijdens langdurig ziekteverlof. Het Nederlandse recht, in overeenstemming met de Europese regels, erkent het volledige recht op vakantieopbouw tijdens ziekte en stelt eveneens eisen aan de werkgever om de werknemer adequaat te informeren over het opnemen van deze vakantiedagen. Het antwoord is gebaseerd op Europese rechtspraak, in het bijzonder het Max-Planck-arrest, de Arbeidstijdenrichtlijn, en de Nederlandse arbeidswetgeving zoals artikel 7:635 en 7:640a BW.
Het antwoord van ChatGPT 4o mini
Arrest Max-Planck
In dit arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat een werkgever de verplichting heeft om ervoor te zorgen dat een werknemer, die langdurig ziek is, in staat wordt gesteld zijn vakantiedagen op te nemen. De werkgever moet de werknemer actief wijzen op het recht op vakantie en de mogelijkheden om deze op te nemen. Dit geldt ook voor vakantiedagen die zijn opgebouwd tijdens de ziekteperiode.
Grondslagen
De beslissing is gebaseerd op het EU-recht, met name de Richtlijn 2003/88/EG betreffende bepaalde aspecten van de organisatie van de arbeid, die stelt dat werknemers recht hebben op jaarlijkse vakantie. Deze richtlijn legt de nadruk op het belang van vakantiedagen voor de gezondheid en het welzijn van werknemers. Daarnaast verwijst het naar de artikelen 7:634 en 7:635 BW, die de rechten van werknemers op vakantie en doorbetaling van vakantiedagen regelen.
Zorgplicht van de werkgever
De Hoge Raad benadrukt dat de werkgever een zorgplicht heeft ten aanzien van de werknemer, vooral in het licht van de bijzondere situatie van ziekte. Dit houdt in dat de werkgever actief moet communiceren over de opbouw en opname van vakantiedagen, ook als de werknemer langdurig ziek is. De Hoge Raad bevestigt dat vakantiedagen niet automatisch vervallen, zelfs niet als de werknemer tijdens ziekte niet in staat is om vakantie op te nemen. Dit heeft als gevolg dat vakantiedagen die zijn opgebouwd tijdens de ziekteperiode recht blijven bestaan en opgenomen moeten worden.
Conclusie
Het arrest Max-Planck bevestigt dat de inspannings- en aanzegverplichting van de werkgever zich ook uitstrekt tot vakantiedagen die zijn opgebouwd tijdens een periode van ziekteverlof. De verplichting om werknemers te informeren en te ondersteunen in hun recht op vakantie is cruciaal om te voorkomen dat ze hun rechten verliezen, wat in strijd zou zijn met zowel het nationale als het Europese recht.
Het antwoord van Claude
Het antwoord op deze vraag is niet eenduidig en vereist een nadere analyse van de Nederlandse jurisprudentie en wetgeving in het licht van het Europese recht.
De inspannings- en aanzegverplichting uit het Max-Planck-arrest (HvJ EU 6 november 2018, C-684/16, ECLI:EU:C:2018:874) hebben betrekking op het recht van werknemers om niet-opgenomen vakantiedagen over te dragen naar een volgend jaar. Het Hof van Justitie oordeelde dat een werknemer zijn recht op betaalde jaarlijkse vakantie niet automatisch mag verliezen omdat hij geen vakantie heeft aangevraagd, tenzij de werkgever hem daadwerkelijk in staat heeft gesteld tijdig vakantie op te nemen.
In het Nederlandse arbeidsrecht is de situatie met betrekking tot vakantie opgebouwd tijdens langdurig ziekteverlof als volgt:
- Artikel 7:635 lid 4 BW bepaalt dat de werknemer die de bedongen arbeid niet verricht wegens ziekte, aanspraak op vakantie verwerft over het tijdvak van de laatste zes maanden waarin de arbeid niet werd verricht.
- De Hoge Raad heeft in het arrest van 3 mei 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BZ1468) geoordeeld dat een zieke werknemer gedurende het eerste ziektejaar volledig vakantie opbouwt, en in het tweede ziektejaar slechts over de laatste zes maanden.
- Het arrest Schultz-Hoff (HvJ EU 20 januari 2009, C-350/06 en C-520/06, ECLI:EU:C:2009:18) heeft bepaald dat het recht op jaarlijkse vakantie met behoud van loon niet mag vervallen wanneer de werknemer gedurende de gehele referentieperiode of een deel daarvan met ziekteverlof was.
Gelet op deze juridische context, kan worden gesteld dat de inspannings- en aanzegverplichting uit het Max-Planck-arrest in principe ook van toepassing zijn op vakantie die is opgebouwd tijdens het jaar waarin langdurig ziekteverlof is ontstaan. De werkgever dient de werknemer daadwerkelijk in staat te stellen om de opgebouwde vakantiedagen op te nemen, ook als deze zijn opgebouwd tijdens ziekte.
Echter, er zijn enkele nuances:
- De Nederlandse wetgeving beperkt de opbouw van vakantiedagen tijdens ziekte tot een bepaalde periode, wat op gespannen voet kan staan met de Europese jurisprudentie.
- Er is nog geen specifieke Nederlandse rechtspraak die de Max-Planck-criteria expliciet toepast op vakantie opgebouwd tijdens ziekteverlof.
- De praktische uitvoering van de inspannings- en aanzegverplichting kan complex zijn in het geval van langdurig zieke werknemers.
Concluderend kan worden gesteld dat, hoewel de principes uit het Max-Planck-arrest in theorie van toepassing lijken te zijn, er nog ruimte is voor juridische interpretatie en nadere rechtsontwikkeling op dit specifieke punt in het Nederlandse arbeidsrecht. Werkgevers doen er verstandig aan om een proactieve benadering te hanteren en zieke werknemers actief te informeren over en aan te moedigen tot het opnemen van opgebouwde vakantiedagen, voor zover hun gezondheidstoestand dit toelaat.
Het antwoord van Gemini
De inspannings- en aanzegverplichting uit Max-Planck en langdurig ziekteverlof: een Nederlandse perspectief
Het korte antwoord:
Ja, de inspannings- en aanzegverplichting uit het arrest Max-Planck is ook van toepassing op vakantie die is opgebouwd tijdens het jaar waarin langdurig ziekteverlof is ontstaan. Dit volgt uit de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie in de zaak Fraport, die een belangrijke aanvulling vormt op het Max-Planck arrest.
Uitleg:
Het arrest Max-Planck heeft in het Europese arbeidsrecht een belangrijke standaard gezet voor de bescherming van het recht op betaalde jaarlijkse vakantie. De werkgever heeft hierin een actieve rol gekregen: hij moet de werknemer er actief op wijzen dat zijn vakantiedagen vervallen als hij deze niet opneemt. Deze zogenoemde inspannings- en aanzegverplichting is bedoeld om ervoor te zorgen dat werknemers daadwerkelijk van hun vakantie kunnen genieten.
In de zaak Fraport heeft het Hof van Justitie deze verplichting verder uitgewerkt. Het Hof oordeelde dat de werkgever ook aan deze verplichting moet voldoen als de werknemer langdurig ziek is geworden in het jaar waarin hij vakantiedagen heeft opgebouwd. Dit betekent dat ook in deze situatie de werkgever de werknemer moet informeren over het verval van zijn vakantiedagen, tenzij hij aantoont dat de werknemer redelijkerwijs niet in staat was om vakantie op te nemen.
Waarom is dit relevant voor de Nederlandse praktijk?
Hoewel het arrest Fraport een Europese uitspraak is, heeft het ook gevolgen voor de Nederlandse arbeidsrechtpraktijk. De Nederlandse wetgeving moet namelijk in overeenstemming zijn met het Europese recht. Dit betekent dat Nederlandse werkgevers er ook aan gebonden zijn om aan de inspannings- en aanzegverplichting te voldoen, ook in situaties waarin een werknemer langdurig ziek is.
Op welke wetsbepalingen is dit gebaseerd?
Hoewel het arrest Max-Planck en Fraport direct voortvloeien uit het Europese recht, zijn er in de Nederlandse wetgeving ook bepalingen die hiermee in verband staan. Zo bepaalt artikel 7:640a BW dat de aanspraak op wettelijke vakantie vervalt als deze niet binnen zes maanden na afloop van het jaar waarin de aanspraak is ontstaan is opgenomen. Echter, zoals uit de arresten volgt, kan dit verval niet automatisch worden aangenomen. De werkgever moet actief aan zijn verplichtingen voldoen.
Conclusie:
Het arrest Max-Planck, in combinatie met het arrest Fraport, heeft de positie van werknemers in Nederland versterkt. Werkgevers moeten er nu nog zorgvuldiger op letten dat zij werknemers tijdig informeren over het verval van hun vakantiedagen, ook als deze langdurig ziek zijn. Dit geldt zowel voor wettelijke als voor bovenwettelijke vakantiedagen.
Let op:
Het arbeidsrecht is een complex vakgebied en er kunnen altijd uitzonderingen zijn. Het is daarom raadzaam om in concrete gevallen juridisch advies in te winnen.
Disclaimer:
Deze informatie is bedoeld als algemene informatie en vormt geen juridisch advies. Voor persoonlijk advies dient u contact op te nemen met een advocaat.
Wilt u meer weten over een specifiek aspect van dit onderwerp?
Ik kan u bijvoorbeeld meer vertellen over:
- De gevolgen van het niet nakomen van de inspannings- en aanzegverplichting;
- De bewijslastverdeling bij geschillen over vakantiedagen;
- De rol van de vakbond in dit soort zaken.
De advocatuur in WO2
Op 1 mei om 14.00 uur organiseren de rechtbank Amsterdam, de Amsterdamse Orde van Advocaten en de Praktizijn een bijeenkomst over de advocatuur in de Tweede Wereldoorlog. Historicus Raymund Schütz verzorgt een lezing over de rol van de advocatuur en aansluitend wordt de plaquette voor Lees meer
Advertentie